Ik ging me serieus afvragen of niet per ongeluk de verkeerde tekst was afgedrukt in het programmablad. Ik zag: drie licht absurde zwijgende scenes met mooie muziek, die gingen over leven en dood, angsten, de tijd die voorbij gaat, menselijke relaties. Niet onprettig om naar te kijken, als een soort beeldende kunst. Ik las: De voorstelling begint twee seconden na de oerknal en legt de frictie tussen wet en werkelijkheid bloot. ??? Ben ik de enige die dit niet begrijpt?
Deze voorstelling wint de prijs voor beste titel van het festival, maar helaas valt de voorstelling zelf tegen. Het idee is goed (monoloog van enigszins zonderlinge man in ruimte vol troep, waar hij Wallace & Gromitachtige machines van bouwt geïnspireerd door de wonderen van deze wereld), maar het lijkt erop dat de troep en de uitvindingen zo veel tijd in beslag hebben genomen dat de makers niet meer toe zijn gekomen aan een goed verhaal, een spannend personage etc. Daardoor blijf je er onaangedaan en licht verveeld naar kijken.
Geen idee hoe die geweien werken. maar een tomaat geef ik die lieve mensen nooit. Tijdens Rainer Maria liep ik snuffelstage bij dit toneelstuk en vond het echt meerdere van de mooiste momenten in mijn leven. Vanavond heb ik Villa Europa gezien, wat een goed stuk! en vooral die snorren vond ik geweldig, ik moest echt lachen. Allemaal komen kijken, of in Utrecht bij mij om de hoek. Ik woon tegenwoordig in het centrum dus afterparty bij mij, als m’n huisgenoten er niet zijn tenminste en je geen katten allergie hebt. heb namelijk 5 katten.Yo!
Op de flyer worden we gewaarschuwd: dit is geen dansvoorstelling, de spelers zijn geen broer en zus, het gaat niet over Alice in Wonderland en ook niet over Peter Pan. De voorstelling is niet fictief en ook niet autobiografisch. Gaat het misschien over liegen? Wat is waar, wat is fantasie?
Fabian en Yanaika Holle spelen hun tragedie zeer realistisch uit, de tekst is keer op keer raak.
Deze voorstelling is een lofdicht aan opgroeien ofwel alle veranderingen in het leven. Een mens kan niet anders dan deze veranderingen accepteren en deze met beide armen omsluiten.
Laatste kans om ‘Dit is geen dansvoorstelling’ te bekijken: vr. 3 en za. 4 april in het Walhalla te Rotterdam.
Indrukwekkende voorstelling die onder je huid gaat zitten, van de interessantste Duitse toneelschrijfster van het moment: Dea Loher. De thematiek (doodgereden kind) is zwaar, maar de acteurs houden het stuk in de lucht, met voor mij als uitblinkers willy Thomas en, vooral, Rogier Philipoom, als de getergde Rabe die zijn vingers afvijlt tot op de kootjes.
Costa vertelt t verhaal van zijn komst naar Nederland. Het is allemaal mooi vormgegeven maar het blijft een beetje braaf met een praatje en een liedje. Hoewel met charme gespeeld, zakt de voorstelling na een frisse start een beetje in. Jammer, want er zitten zeker een aantal mooie liedjes en grappige anekdotes tussen.
Het begin is heel goed. Met beelden en geluiden wordt verteld hoe vier mensen met sterven omgaan. Vooral met hun lichaamstaal laten acteurs de verschillen zien tussen Agnes op haar sterfbed, haar twee zussen, en bediende Anna. Geluid benadrukt hun eenzaamheid: gefluit van vogels in de tuin, geblaf van honden ergens ver weg, gekerm van de stervende, gerommel van dreigend onweer. En goed gekozen muziekfragmenten. Waarvoor Roeland Fernhout in de credits staat. Dan komt het omslagpunt. Terwijl het lijk wordt gewassen, lopen inspiciënten in pak (ze zijn vermomd als vrienden op condoleancebezoek of medewerkers van het uitvaartbedrijf) eindeloos heen en weer met decorstukken. Dat duurt erg lang. Dat duurt zo lang, dat het, bij mij, de betovering verbreekt. De scènes uit de passieloze huwelijken van de twee zussen die hierna volgen, raken me niet, niet zoals het begin dat deed. De magie van die eerste drie kwartier rond het sterfbed komt niet meer terug.
Verdeeld over twee avonden zagen we bijna vijf uur “Tien geboden”. Naar de oorspronkelijk studie van Kieslowski over de tegenstrijdigheid, ambiguiteit en dilemma’s van de dagelijkse pogingen om te leven in waarheid.
‘t Is een prachtige voorstelling door Johan Simons geworden. Nog steeds bloedserieus, maar prettig licht, vaak humoristisch, tenslotte zelfs met slapstickmomenten ( niet het sterkste deel trouwens).
Kortom, twee avonden met toneel dat ergens over ging, dat er prachtig uitzag en waarin bijna permanent bewezen werd dat Wunderbaum, NTG én Simons en gewelsige combinatie zijn.
Een oude vrouw wordt genadeloos geconfronteerd met de verkeerde keuzes die ze in haar leven en in haar huwelijk heeft gemaakt. Aat Ceelen zet heel knap (en herkenbaar) een mopperende oude architect neer, Leny Breederveld zorgt ervoor dat de vrouw niet alleen sneu is maar ook grappig en een beetje vals op zijn tijd. Breederveld is de ster van de avond.
Op tweederde kantelt de voorstelling: de buurvrouw zingt in haar onderjurk een onbegrijpelijk lied en er komen opeens jonge boompjes uit de lucht vallen. Huh?? Daar raakt Jakop Ahlbom me kwijt. Dat bloedend hart dat wordt opgeborgen in een tupperwarebakje is ijzersterk, die bladeren en die boompjes zijn gewoon raar. Decor is prachtig en sommige effecten ook maar na verloop van tijd beginnen die wel een beetje te vervelen.
Ja, zo benader je de actualiteit op geheel eigen wijze. De vinger op de zere plek zonder ook maar een moment belerend of sentimenteel te worden. En toch ontroerd de voorstelling ook in zijn volstrekte absurditeit en groteske spel. Een tomaat voor de niet goed plakkende hitler snor, foei fopwinkel! Gaat dit nog zien van wo 1 april t/m za 4 april in de balie Amsterdam. Of daarna in Utrecht.